NEnz’s Weird World

Appels zo groot als kinderhoofdjes

Sinds kort woon ik in een stad waar we ook een dorpskern hebben. Nu ben ik geboren en getogen in een stad waar je een kanon kon afschieten omdat er nooit een zier te beleven was, dus ik vind dat helemaal leuk: de kerkklokken die luiden, de markt op dinsdag en de eindeloze hoeveelheid plattelandswinkels waar je pompoenen, verse boerenkool en kersen kunt kopen. Ik was vrijdagochtend vroeg net de slaapkamerramen aan het openzetten, toen ik buiten één van de boeren uit de buurt hoorde praten met mijn buren. Hij kwam fruit verkopen aan de deur. Ik kon mijn geluk niet op: fruit aan de deur, hoe dorps! Ik vloog naar beneden toen de boer bij mij aanbelde. “Heb je fruit nodig? Ik heb appels, mandarijnen, sinaasappels en peren. Een euro per kilo”, zei hij. Ik riep hysterisch naar vriendlief, die op dat moment net zijn morning fix zat te gebruiken van een zéér sterke espresso en een rondje iPad: “Wat voor fruit zullen we nemen?”. Met de gebruikelijke ochtend-donderwolk boven zijn hoofd antwoordde hij bits: “Ik. Kan. Nu. Niet. Beslis jij maar.”. En zo gebeurde het dat ik maarliefst 12 (!) kilo appels en mandarijnen kocht. Want dat soort dingen moet je nooit aan mij overlaten.

Wat daaraan vooraf ging: ik keerde enthousiast terug bij de boer, riep: “Appels en mandarijnen graag! Van elk een kilootje.” De boer antwoordde: “Nee, maar dat kan niet; het gaat per twaalf kilo.” Ik stond met mijn mond vol tanden en durfde eigenlijk niet meer te protesteren (handige eigenschap, NEnz!) toen de boer zei: “Zal ik anders een kistje met een mix maken?”. Ik kon nog net twaalf euro bij elkaar sprokkelen uit mijn portemonnee.

En toen zaten we dus met een gigantische kist vol fruit. Ik ben het hele weekend bezig geweest om het uit te delen aan iedereen die op mijn pad kwam en heb volop verse appelsap staan persen en appelcake staan bakken. Beetje jammer alleen dat de appels zo groot zijn als kinderhoofdjes, dus dat je er slechts twee nodig hebt voor een rijk gevulde appelcake. Maar we gaan door. Tot we erbij neervallen.

Doorboord

Onderweg naar mijn schoonzusje om wat klapstoeltjes (en een tas vol appels en mandarijnen… zucht) te brengen dacht ik al: wat zit mijn beha raar. Ik vermoedde eerst dat ik misschien wat kruimels in mijn decolleté had gemorst, want het prikte een beetje (ja mensen: ik ben zo iemand met kruimels in haar beha). Maar ja: je zit in de auto, dan kun je niet uitgebreid checken wat er aan de hand is op boobhoogte. Ik reed net weg bij mijn schoonzusje en vervolgde mijn weg in de richting van het winkelcentrum, toen het ineens voelde of ik doorboord werd door een stuk ijzer. Met een oog op de weg en één hand in mijn decolleté (ik moest wel!), voelde ik dat de beugel van mijn beha door de stof heen was geschoten en keihard in mijn borstkas zat te prikken. Auw! Maar ik reed net op een doorgaande weg zonder bermen of vluchtstroken (het had me ergens wel komisch geleken als ik daar had gestaan terwijl er net een agent zou komen vragen wat er aan de hand was – zie je daar maar eens uit te redden!) dus ik kon niks anders doen dan een beetje onderuit zakken met mijn lijf, stoppen met ademhalen en ter plekke vijf kilo afvallen om te voorkomen dat het stuk ijzerdraad nog dieper in mijn lijf zou prikken. Zo gauw als ik kon, ben ik omgekeerd en terug naar huis gereden, naar boven gerend en heb ik mezelf bevrijd van mijn martelwerktuig. Toen ik daarna mijn verhaal naar mijn moeder typte in een Whatsapp-bericht, was ze zich doodgeschrokken. “Wil je nóóit meer de woorden ‘doorboord’ en ‘auto’ in hetzelfde bericht zetten?!” stuurde ze boos terug. Oeps…

Diesel

Zondagochtend ging ik – net als de rest van Nederland – even langs bij Oma (met – je raadt het al – een stuk appelcake). We praatten over de gebruikelijke onderwerpen; nagellak, recepten uit de Margriet en de laatste buurtroddels. Op een gegeven moment kwamen we aan bij het onderwerp familieleden (dat kan goed of slecht voor ze aflopen – meestal slecht). Mijn oma: “Je weet toch dat J. een hond heeft hè?” Ik: “Nee oma, daar wist ik niks van. Heeft ze die al lang?”. Oma: “Nou, met de Kerst had ze hem in ieder geval al. Het is een zwarte hond en hij heet Diesel. Ze heeft hem uit het asiel gehaald. Hij scheen daar te zitten omdat hij niet goed met kinderen om kon gaan. Enfin: met Kerst zaten we aan het diner bij mijn zus, toen D. (het kleine neefje van J., degene met de hond) ineens ‘Auw!’ riep. Hij zei dat Diesel hem in zijn been had gebeten. En hij loog niet hoor, want ik zat ernaast! Ik had het dus allemaal zien gebeuren. Nou, wil je geloven dat ik vanochtend de Margriet opensla en dit zie…” – Oma pakt de bewuste Margriet en toont mij een opengeslagen pagina. Ik kijk naar een Instagram-dagboek van Jelle Brandt Corstius. Oma wijst met haar vinger naar één van de Instagram-foto’s waarop, zo staat te lezen in het onderschrift, Jelle Brandt Corstius de hond van een regisseur waarmee hij samenwerkt heeft gefotografeerd. Het is een zwarte hond en hij heet Diesel. Mijn oma roept nu op opgewonden toon: “Dat is dus die hond die J. nu heeft! Ik heb meteen mijn zus gebeld en haar erop gewezen. Misschien kunnen ze achter die regisseur aangaan en zo meer over de achtergrond van de hond te weten komen! Over waarom hij bijt enzo.”. Haar ogen zijn zo groot als schoteltjes. “Maar oma…” probeer ik voorzichtig, “dit kan toch nooit de hond van J. zijn, dit is de hond van een regisseur? Het staat erbij!”. Maar mijn oma is even vastberaden als Peter R. de Vries als hij iets op het spoor is en vervolgt: “Ja, maar dit schrijven ze toch ver vooruit? Het is een zwarte hond en hij heet Diesel! Welke hond heet er nou Diesel?”.

Ik heb mijn oma nog even uitgelegd dat mijn schoonzusje eerder die week vertelde over de kat van een vriendin-van-een-vriendin die ook zwart-met-wit is en óók Noodles heet (dus net als die van mij), maar ze was zo vol van haar ontdekking, dat ik haar grote geluk niet wilde verstoren. En bovendien: met Peter R. de Vries ga je ook niet in discussie.

3 Comments

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *